Molens en boerderijen
Bij Kasteel Huys ter Horst hoorden vroeger molens en boerderijen. Sommigen zijn blijven bestaan. Van anderen zijn de sporen nog goed herkenbaar.
Sporen van molens
Op de plek waar de Venrayseweg overgaat in de Tienrayseweg, ligt een klein bosje. In dat bosje ligt een grote vijver en een stukje beek. Dat was vroeger de plek waar een watermolen stond, vlak langs de Groote Molenbeek. De watermolen was er al rond het jaar 1350. In het jaar 1365 heeft Johan van Myrlaer, ridder en heer van Horst, laten opschrijven dat de watermolen van hem was. In de buurt stond ook een windmolen. Ook van de heer van Horst. De molenaar woonde niet in één van de molens, maar er vlak bij. In het Meulehoês (molenhuis). Ook van de heer van Horst. De molenaar was in dienst van de heer van Horst. Een oude boerderij met die naam ligt aan de Venrayseweg.
De molenvijver
Boerderijen
Zo was de heer van Horst eigenaar van heel wat boerderijen in de omgeving: het Meulehoês, de Helpeneij (of Hermeneij), de Slooij, de Risselt, de Gastendonk, Campsplaats, de Kijkuit (of Kiekuut) en de Hof ter Binnen. Sommige boerderijen waren er al vóórdat het kasteel gebouwd werd. Of tenminste, op die plaats stond een boerderij, die steeds vernieuwd werd.
De Tiendschuur
De boeren die op die boerderijen woonden, moesten een tiende deel van de oogst afstaan aan de heer van Horst. De heer van Horst kreeg dus een heleboel graan en andere gewassen. Dat werd opgeslagen in de Tiendschuur, vlak bij het kasteel. In het begin was de Tiendschuur alleen een schuur. Later is er een boerderij tegenaan gebouwd. In één van de molens werd het graan vermalen tot meel. Daar werd brood van gebakken.
De Tiendschuur